Het terugtrekkingsakkoord werd goedgekeurd door het Verenigd Koninkrijk en de Europese Unie. Het regelt de situatie tijdens de overgangsperiode maar beschermt ook de rechten van onderdanen van het Verenigd Koninkrijk die voor het einde van de overgangsperiode hun recht op verblijf of hun recht als grensarbeider binnen het kader van het recht op vrij verkeer van personen hebben uitgeoefend in België en de rechten van hun familieleden.
De volgende categorieën van personen worden door het terugtrekkingsakkoord beschermd wanneer zij hun rechten ook na het einde van de overgangsperiode willen behouden:
- De onderdaan van het Verenigd Koninkrijk die vóór het einde van de overgangsperiode in België verblijft op grond van zijn recht op vrij verkeer;
- De onderdaan van het Verenigd Koninkrijk die vóór het einde van de overgangsperiode in België actief is als grensarbeiders;
- Het familielid van een Britse begunstigde van het terugtrekkingsakkoord die voor het einde van de overgangsperiode in België verbleef;
- Het familielid van een Britse begunstigde van het terugtrekkingsakkoord in België dat hem na het einde van de overgangsperiode mag vervoegen:
- rechtstreekse verwanten van Britse begunstigden van het terugtrekkingsakkoord die voor het einde van de overgangsperiode buiten België verbleven;
- Toekomstige kinderen van een begunstigde van het terugtrekkingsakkoord;
- de partner met wie de Britse begunstigde van het terugtrekkingsakkoord een deugdelijk bewezen duurzame relatie heeft voor zover die relatie al voor het eind van de overgangsperiode duurzaam was en nog steeds is op het tijdstip waarop de partner vraagt de begunstigde te vervoegen.
Indien deze personen hun rechten willen behouden moeten zij tijdens de aanvraagperiode die loopt van 1 januari 2021 tot 31 december 2021 een aanvraag indienen bij de gemeente voor een status als begunstigde van het terugtrekkingsakkoord.
Meer informatie over de procedure die moet worden gevolgd om een status als begunstigde van het terugtrekkingsakkoord te verkrijgen vindt u HIER .
Een grensarbeider is elke onderdaan van het Verenigd Koninkrijk die in België een economisch activiteit als werknemer of zelfstandige uitoefent maar niet in België verblijft. Het is deze definitie die gehanteerd moet worden en niet de algemene definitie voor grensarbeiders vervat in artikel 106 van koninklijk besluit van 8 oktober 1981. Een grensarbeider onder het terugtrekkingsakkoord hoeft dus niet dagelijks of minimum eenmaal per week terugkeren naar het Verenigd Koninkrijk.
Grensarbeiders die begunstigde zijn van het terugtrekkingsakkoord worden vrijgesteld van een inreisvisumplicht of andere gelijkaardige formaliteiten. U heeft hiervoor een elektronische verblijfskaart voor klein grensverkeer voor begunstigden van het terugtrekkingsakkoord (N kaart) nodig. U beschikt hiermee niet over een verblijfsrecht in België en kan op basis van deze kaart ook geen verblijfsrecht verkrijgen.
Personen die enkel onder het vrij verkeer van diensten (detachering) in België aan de slag zijn, kunnen hier geen beroep op doen.
Meer informatie over de procedure die moet worden gevolgd om een status als begunstigde van het terugtrekkingsakkoord in het kader van klein grensverkeer te verkrijgen vindt u HIER .
Onderdanen van het Verenigd Koninkrijk die voor het einde van de overgangsperiode niet in België verbleven of niet in België actief waren als grensarbeider worden niet door het terugtrekkingsakkoord beschermd. Hun familieleden worden ook niet door het terugtrekkingsakkoord beschermd.
Toekomstige familieleden van een Britse begunstigde van het terugtrekkingsakkoord die met andere woorden geen verwantschapsband hadden met de begunstigde van het terugtrekkingsakkoord voor het einde van de overgangsperiode kunnen ook geen beroep doen op de bescherming van het terugtrekkingsakkoord, tenzij het om toekomstige kinderen gaat.
Deze personen zullen de regels in verband met binnenkomst en verblijf van toepassing op onderdanen van een derde land moeten volgen.
Meer informatie hierover vindt u HIER .